Dierenwelzijn als wetenschap

Dierentuinen zetten steeds meer in op dierenwelzijn, niet alleen omwille van maatschappelijke, ethische en wettelijke vereisten, maar ook omdat optimaal dierenwelzijn leidt tot stabiele en gezonde populaties. ZOO Antwerpen en ZOO Planckendael namen daarom een wetenschapper voor dierenwelzijn in huis die met een wetenschappelijke aanpak inzichten zoekt in wat dierenwelzijn is en hoe je het kan evalueren en opvolgen. “Deze kennis zal worden ingezet om het dierenwelzijn in dierentuinen te verbeteren, in nauwe samenwerking met de dierenarts, de dierenverzorgers en de curatoren die verantwoordelijk zijn voor een kwalitatieve huisvesting”, zegt Marina Salas, dierenwelzijnswetenschapper voor onze dierentuinen.

ACHTERGROND

Het wordt algemeen aanvaard dat dieren gevoelens en emoties kunnen ervaren, zoals angst, stress of pijn, net zoals mensen, en dat dieren zich ook bewust zijn van hun welzijn. We willen ons vooral richten op het gebruik van wetenschappelijke methodes om beter te begrijpen wat goed of slecht dierenwelzijn is, hoe we het kunnen meten en opvolgen, en om te bestuderen welke factoren het welzijn van dieren kunnen verbeteren of net niet.

Dierenwelzijn omvat het gedrag, de emotionele toestand en de fysieke gezondheid van een individueel dier en heeft dus meerdere dimensies. Er is dan ook niet één enkele indicator die op zichzelf voldoende informatie kan geven om het welzijn van een dier volledig te evalueren. “Door verschillende indicatoren te combineren kunnen we dierenwelzijn wel wetenschappelijk meten en evalueren. Deze indicatoren kunnen we in grote lijnen opsplitsen in enerzijds externe omstandigheden en anderzijds het dier zelf”, legt Marina Salas uit.

Externe omstandigheden zijn bijvoorbeeld watervoorziening, afmetingen van het verblijf, de grootte en samenstelling van de groep of verrijking van de omgeving. “Dergelijke indicatoren gebruiken we om de omstandigheden waarin het dier leeft te evalueren, niet het dier zelf. Ze zijn dan ook eenvoudiger te beoordelen en toe te passen. Indicatoren die ons iets zeggen over het individuele dier zijn echter belangrijker voor de evaluatie van het individuele welzijn van het dier. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het gedrag van het dier, het voorkomen, de gezondheid, alsook fysiologische parameters, zoals de concentratie van stressgerelateerde hormonen als glucocorticoiden.”

HOE VERLOOPT HET ONDERZOEK CONCREET?

Onderzoek naar dierenwelzijn in onze dierentuinen richt zich over het algemeen op drie aspecten. 

Een eerste thema is hoe we een praktische en toegepaste aanpak van de dierenwelzijnswetenschap kunnen inzetten in onze zoo. Daartoe werken we samen met studenten en stagiaires van verschillende universiteiten en hogescholen om toegepaste en fundamentele projecten uit te voeren om dierenwelzijn te bestuderen. Zo evalueren we bijvoorbeeld regelmatig het effect van omgevingsverrijking op de dagelijkse activiteit en het welbevinden van de dieren in onze dierentuinen. Omgevingsverrijking bestaat uit het aanbieden van een stimulerende leefomgeving voor de dieren door een combinatie van objecten, geuren en geluiden, of door het aanbieden van voedsel op een manier waarbij de dieren de mogelijkheid hebben hun natuurlijk gedrag te uiten. Denk daarbij bijvoorbeeld aan voorwerpen zoals puzzelboxen waardoor dieren actief moeten zoeken naar hun voedsel of ervoor moeten werken, en het stimuleren van jaag-of speelgedrag, door het installeren van klimstructuren of speeltoestellen. Het uiteindelijke doel van zulke verrijking is het verbeteren van de fysieke, sociale en dagelijkse complexiteit van het leven in een dierentuin. 

We werken samen met studenten en stagiaires uit verschillende universiteiten en hogescholen om toegepast en fundamenteel onderzoek naar dierenwelzijn uit te voeren.

Het tweede onderzoekthema richt zich op de ontwikkeling en het gebruik van dierenwelzijnsprotocollen. Dat zijn gestandaardiseerde procedures om het welzijn van dieren in dierentuinen te evalueren die specifiek per diersoort ontworpen zijn. Dergelijke protocollen bevatten over het algemeen een combinatie van verschillende welzijnsindicatoren. Het doel van zo’n welzijnsprotocol is om het te gebruiken als een praktische methode om op een snelle, eenduidige wijze tekortkomingen of verbeterpunten van de dierenzorg of de dierenverblijven te bepalen, of om een specifiek welzijnsprobleem te identificeren op het niveau van individuele dieren. ”Op dit moment ontwikkelen we in samenwerking met het Spaanse Zoo Animal Welfare Education Centre een protocol voor de evaluatie van het welzijn van giraffen in dierentuinen”, legt Salas uit. 

Op dit moment ontwikkelen we in samenwerking met het Spaanse Zoo Animal Welfare Education Centre een protocol voor de evaluatie van het welzijn van giraffen in dierentuinen.

Hoewel onderzoek naar dierenwelzijn in veel dierentuinen wereldwijd steeds gebruikelijker wordt, is basiskennis over wat dierenwelzijn is, en hoe dit op een objectieve manier gemeten kan worden, nog zeer beperkt. Om hierover op een wetenschappelijk gefundeerde manier uitspraken te kunnen doen, en de grondbeginselen van dierenwelzijn beter te begrijpen, voeren we in ZOO Antwerpen en ZOO Planckendael ook fundamenteel wetenschappelijk onderzoek uit. “Door specifieke welzijnsproblemen te bestuderen en indicatoren voor dierenwelzijn op een wetenschappelijke manier te evalueren, streven we naar meer kennis over welke factoren een gunstig of nadelig effect kunnen hebben op het welzijn van een dier. Zulke nieuwe inzichten helpen om methodes en technieken te ontwikkelen om dierenwelzijn objectief te meten en op te volgen. Ze zijn tevens de basis voor de evaluatie van dierenwelzijn bij andere wilde diersoorten in dierentuinen”, besluit Salas.

De basiskennis over wat dierenwelzijn is, en hoe dit op een objectief objectieve manier gemeten kan worden, is nog zeer beperkt.

HOE HEEFT HET ONDERZOEK IMPACT?

Het ultieme doel van onze onderzoeksprojecten is het verzamelen van wetenschappelijke en objectieve informatie om het welzijn van dieren in dierentuinen niet alleen te evalueren, maar ook op te volgen. “Het resultaat van ons onderzoek moet leiden tot aanbevelingen en adviezen die niet enkel nuttig zijn om het dierenwelzijn in dierentuinen te verbeteren, maar ook in andere instituten waar dieren leven.”

Het resultaat van ons onderzoek moet leiden tot aanbevelingen en adviezen die niet alleen nuttig zijn om het dierenwelzijn in dierentuinen te verbeteren, maar ook in andere instituten waar dieren leven.