Klimaatneutraal? Dan moet het veen weer nat!

Onze venen zijn levende natuurlijke archieven die millennia aan historische informatie bevatten en die heel wat koolstof kunnen opslaan. Bovendien zijn het unieke habitats met een kenmerkende veen-biodiversiteit waaronder veel lokale bedreigde planten- en diersoorten. Jammer genoeg hebben we er in het verleden alles aan gedaan om ze kapot te krijgen. Met catastrofale gevolgen vandien.

Wat is een veen?

Venen zijn moerassen die van nature altijd nat zijn en daardoor zeer arm aan zuurstof. Het gevolg is dat afgestorven plantenmateriaal nauwelijks verteert en zich jaar na jaar opstapelt. Wie een keer zijn handen in een veen steekt, ziet het al snel: de plantensoorten die er ooit groeiden zijn na duizenden jaren nog herkenbaar, zelfs tot op vele meters diepte!

Veenontginning heeft catastrofale gevolgen

Tijdens de Middeleeuwen gebruikten mensen gedroogd veen (beter bekend als turf) op grote schaal als bron voor energie. Sinds die tijd is de aanval op ons veen eigenlijk niet meer gestopt. We brandden het op als energiebron, ontginnen het voor potgrond, en graven tegelijkertijd drainagesloten om het veen zo snel mogelijk te ontwateren zodat het land kan worden omgevormd naar weinig duurzame landbouw- of zelfs bouwgrond. Tegenwoordig zetten we daarbij steeds vaker ook pompen in om het veen zo efficiënt mogelijk droog te krijgen.

Door die actieve ontwatering breekt ons veenarchief heel snel af doordat er zuurstof bijkomt dat het veen oxideert. Koolstof dat al duizenden jaren veilig zat opgeslagen in de veenbodem, ontsnapt daardoor als CO2 in de atmosfeer. Veenontwatering draagt op deze manier dus sterk bij aan het broeikaseffect: naar schatting 6% van de globale CO2-uitstoot komt enkel en alleen uit verdroogde venen.

Géén ver-van-mijn-bed show

Het verlies van veen is ook bij ons in Vlaanderen zeer actueel: Vlaanderen verloor sinds 1950 naar schatting al meer dan 75% van haar nog resterende moeras- en veengebieden en in de eeuwen daarvoor is wellicht een nog grotere hoeveelheid verloren gegaan. Het is daarom van cruciaal belang om de laatste restjes veen die we nog hebben maximaal te beschermen. Dat doen we in eerste instantie door onze resterende en doorgaans sterk verdroogde venen opnieuw te vernatten, bijvoorbeeld door alle drainagesloten te dempen en de grondwaterstanden te verhogen.

Natuurgebied “De Zegge” in Geel, sinds 1952 in eigendom van en beheerd door de KMDA, is een goed voorbeeld van zo’n waardevol maar verdroogd veenrestantje in Vlaanderen. De KMDA doet er momenteel dan ook alles aan om veenvorming weer op gang te krijgen door het gebied te vernatten in samenwerking met lokale landeigenaars, vrijwilligers, en de Vlaamse overheid.

Onderzoek naar broeikasgasemissies

Omdat vernatting van langdurig verdroogd veen omvangrijke positieve gevolgen heeft voor de koolstofbalans in de bodem, is het van belang om de klimaateffecten daarvan nauwkeurig in kaart te brengen. Met een positieve impact op het klimaat hebben we immers nóg een duidelijk aantoonbare reden om veengebieden terug te vernatten, naast het verwachte herstel van de typische veen-biodiversiteit.

Daarom startten het Antwerp ZOO Centre for Research & Conservation (CRC) samen met de Universiteit Antwerpen in 2023 met een onderzoeksproject naar de uitstoot van broeikasgassen uit de veenbodems van De Zegge. Op deze manier kunnen we in beeld brengen hoeveel koolstof er momenteel ontsnapt uit de ontwaterde veenpercelen.

Maar nog belangrijker: dankzij het onderzoek kunnen we ook inschatten hoeveel koolstof veilig bewaard zal blijven in de bodem als we in staat zouden zijn om De Zegge weer grootschalig te vernatten. Hoewel we nog even zullen moeten wachten op de resultaten, is één ding nu alvast zeker: het veen moet weer nat!